donderdag 28 april 2016

Utrechtse SP-Fractielid Michel Eggermont en Anne Louis Cammenga, Directeur IWOII sluiten uitstekende deal !!!

Utrecht, 28 april 2016
 
 
Beste Lezers,
 
Vandaag heb ik een uitstekend drie uur durende overleg gevoerd met het Utrechtse SP-Fractielid Michel Eggermont, waarbij wij samen tot uitstekende knalharde afspraken zijn gekomen en waarbij Michel mij van uitstekende adviezen heeft voorzien.
 
Tijdens deze drie uur heb ik Michel Eggermont het volgende verteld:
In de afgelopen vijf jaar hebben mijn collega, een derde benadeelde partij en ikzelf meegemaakt dat  een – met o.a. wetenschappelijke documenten aantoonbare – neonazistische AIVD-infiltrant Jan Peter Mante en diens collega, Politiemedewerker Marco H. van de Wetering mijn collega en mijzelf – aantoonbaar met print screen-afbeeldingen – hebben belasterd, gesmaad, bedreigd en geïntimideerd. Ook is een vrouwelijke benadeelde partij, oud-plaatsvervangend bestuursvoorzitter Anita Vosmer en haar dochter – in de nabijheid van mijn collega en mijzelf - door de politie dermate honds behandeld dat zij naderhand tegenover politici heeft verklaard dat zij dit als een ‘verkrachting’ door de politie heeft ervaren. De politieagent die haar toen ronduit honds heeft behandeld heeft blond haar en blauwe ogen. Na afloop hebben Anita Vosmer en ikzelf voor de grap tegen elkaar gezegd dat deze jonge, gruwelijk onbeschofte politieagent vanwege zijn uiterlijk en vanwege zijn optreden naar een moeder toe in de aanwezigheid van haar dochter wat ons beiden betreft volledig in de Hitlerjugend zou hebben gepast.
 
Zelf ben ik door deze Neonazistische AIVD-infiltrant Jan Peter Mante onder het pseudoniem van 'Maggy Magon' en door diens kompanen op het extreemrechtse forum Noordland, waarvan Neonazi Mante de oprichter en de eigenaar is o.a. een ‘Joodse Vetflikker’ en iemand met ‘inferieur Negerbloed’ genoemd. Ook vertelde ik aan Michel dat enkele weken geleden  een vrouwelijke Rooms-Katholieke medeparochiaan tot haar grote ontsteltenis een anoniem telefoontje heeft ontvangen, waarin haar door de mannelijke beller werd gevraagd ‘of ik al dood was en wanneer mijn uitvaartplechtigheid in de Sint Augustinuskerk in Utrecht’ plaats zou vinden. Ook vertelde ik hoe ik door Neonazipartner Marco H. van de Wetering ben gestalkt en ben bedreigd in de Sint Willibrordkerk en in de Jacobikerk in Utrecht.
 
Ook vertelde ik Michel dat er inmiddels 18 aangiftes zijn verricht, waarmee politie en justitie in de afgelopen vijf jaar helemaal niets hebben willen doen. De Zeisterse Wijkagent Jan Drent vond het – onder leiding van Johan van Renswoude – zelfs nodig om in de aanwezigheid van mijn collega, Fred Jan IJspeerd, die hiervan dus getuige van is geweest, aan ons beiden mede te delen dat alle doodsbedreigingen en lasterlijke uitlatingen aan mijn adres ‘geheel en al mijn eigen schuld’ waren, want dan had ik mij als directeur van het Informatiecentrum Tweede Wereldoorlog (IWOII) maar niet zo kritisch uit moeten laten over de rol van de Nederlandse overheid tijdens de Tweede Wereldoorlog naar onze Joodse medeburgers toe. En als ik nu mijn stichting maar snel op zou 'doeken', dan zouden alle problemen zich vanzelf oplossen. Ook vertelde ik Michel hoe ik pas na 1 3/4 jaar mijn eerste aangifte heb kunnen doen. En dit uitsluitend en alleen na druk van de Zeisterse politieke partijen en na interventie van de huidige Zeisterse CDA-Burgemeester drs. J.J.L.M. (Koos) Janssen van Zeist. Door zijn voorganger, PvdA-Burgemeester Rudi Boekhoven ben ik zelfs nog béter bijgestaan.
 
Ook vertelde ik Michel hoe ik over mijn walgelijke, weerzinwekkende ervaringen met Johan van Renswoude en zijn politiekorps inmiddels contact heb gehad met de Fractievoorzitters en - leden van de volgende Zeisterse politieke partijen:
- Floris Veenendaal, VVD-Fractielid
- Marcel Fluitman, CDA-Wethouder en voormalig CDA-Fractievoorzitter
- Jan Jaap Faber, Nieuw Democratisch Zeist-Fractielid
- Peter Spoelstra, Groen Links-Fractielid
- Karst Schuring, PvdA-Fractievoorzitter
- Pieter Wout Duquesnoy, SP Fractievoorzitter
 
Uiteraard heb ik Michel ook verteld hoe een publicatie van mijn hand over de relatie van de ouders van onze nationale SS-ers-dochter Beatrix Bernhard en Juliana met de beruchte NSB-leider Meinoud Rost van Tonningen en diens vrouw, de beruchte zwarte weduwe Florrie uiteindelijk tot mijn ontslag heeft geleid bij Rijkswaterstaat en dat hier een top-CDA-er Theo van de Gazelle bij betrokken is geweest.
 
Ook vertelde ik Michel hoe SS-ers-dochter Beatrix had gezegd dat 'de heer Cammenga en zijn stichting nu wel weer meer dan genoeg aandacht hebben gehad'. En dat daarmee in feite van bovenaf door de onzichtbare 'machten en krachten' rondom het Nederlandse koningshuis het signaal werd afgegeven om mij in maatschappelijk, sociaal en economisch opzicht helemaal te vernietigen. Ook heb ik Michel uitvoerig verteld over de moordaanslag die door de Utrechtse politie op mij is gepleegd en waarna mij toen iedere vorm van medische hulp door de Utrechtse politie is ontzegd. Ook vertelde ik Michel dat ik hierover een interne klacht bij Politie heb ingediend, waarop ik vervolgens nooit meer iets heb vernomen.
 
Ook vertelde ik Michel over de uiterst dubbele rol van het CDA in het verleden naar mij persoonlijk toe en dat mijn toenmalige advocaat Michael Ruperti van Dijkstra, Krikke, Ruperti Advocaten uit Amersfoort absoluut niet wilde meewerken aan een gesprek met CDA-Burgemeester drs. J.J.L.M. (Koos) Janssen van Zeist, omdat hij van mening was dat Burgemeester Janssen uitsluitend en alleen zijn politieke straatje wilde schoonvegen. Terugblikkend vermoed ik dat - gezien alle ongetwijfeld goedbetaalde nevenfuncties van Burgemeester Janssen van Zeist bij de Politie - de Burgemeester mij moest uithoren, zodat zijn vriendjes bij de politie hier vervolgens hun juridische voordeel mee konden doen. Sinds ik in een openbaar verzonden brief dit vermoeden aan Burgemeester Janssen heb voorgelegd groet hij mij niet meer en kijkt hij mij altijd met een uiterst zuur stijf dichtgeknepen 'pruimenbekkie' aan. Klaarblijkelijk heb ik bij Burgemeester Janssen met mijn breed openbaar verzonden brief een uiterst gevoelige snaar geraakt.
 
Ook heb ik Michel verteld over de getuigenverklaringen van oud-CDA-Staatssecretaris Marlies Veldhuijzen van Zanten-Hyllner, oud-PVV-Tweede Kamerlid Willie Dille en natuurlijk niet te vergeten met de heer Dr. Edwin de Roy van Zuydewijn.
 
Ook heb ik aan Michel verteld hoe ik in totaal acht uur heb gesproken met de heer Dr. Edwin de Roy van Zuydewijn, de ex-echtgenoot van Prinses Margarita. Ik heb erg veel medelijden met de heer De Roy van Zuydewijn. Hij is echt ronduit afschuwelijk behandeld door Beatrix, Bernhard en andere leden van de Nederrlandse koninklijke familie. Ik heb dan ook heel veel voor hem en zijn familie gebeden. Tevens heb ik Michel verteld over mijn persoonlijke en telefonische gesprekken met Neset Termirci, de ex-vriend van Prinses Mabel en over mijn contacten met Maud Oortwijn uit Amsterdam die een aangifte tegen SS-ers-dochter Beatrix heeft verricht, omdat zij - zoals zij mij heeft verteld - met eigen ogen heeft gezien hoe een klein kind seksuele handelingen moest verrichten met volwassen leden van het Nederlandse Koninklijk Huis. Tijdens een pedofilierechtzaak in Amsterdam heeft een getuige ook de namen van wijlen Prins Claus en Prins Friso genoemd. Dat is immers nog onlangs breeduit op het journaal en in vele dagbladen vermeld.
 
Wat ik naar Michel toe opmerkte is hoe het mij in de afgelopen vijf jaar is opgevallen hoe vreemd het in democratisch opzicht het eigenlijk is hoe al mijn democratische rechten, zoals:
  • Recht op Vrije Meningsuiting
  • Recht op Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek
  • Recht op Hulp, Recht en Bescherming van Politie en Justitie
klaarblijkelijk volledig in de 'prullenmand' verdwijnen, wanneer de niet-democratisch gekozen SS-ers-dochter Beatrix over mij opmerkt dat 'de heer Cammenga en zijn stichting nu wel weer meer dan genoeg aandacht hebben gehad'.
 
Uiteraard heb ik Michel ook verteld over de uiterst opmerkelijke correspondentie tussen Johan van Renswoude en mr. Annemieke Drogt, Officier van Justitie van het OM Arrondissementsparket Midden-Nederland over mijn - historische - publicaties met betrekking tot het Nederlandse koningshuis. En over de in democratisch opzicht uiterst opmerkelijke opmerkingen over mij in relatie tot het Nederlandse koningshuis in mijn juridische dossier. Ook heb ik Michel verteld hoe Dr. Edwin de Roy van Zuydewijn mij in aanwezigheid van Anita Vosmer mij heeft verteld dat Beatrix en haar zoons razend zijn geweest om het feit dat het dagblad De Telegraaf een heel groot artikel heeft gepubliceerd over de genealogische verbintenis van mijn familie met het Franse Vorstenhuis der Karolingen. Niet allen ikzelf moest door de politie en justitie als 'lastige' Klokkenluider in sociaal, maatschappelijk en economisch opzicht worden vernietigd; ook mijn koninklijke afkomst moest klaarblijkelijk de 'nek worden omgedraaid'.
 
Gelukkig hebben politie en justitie deze laatste opdracht van Beatrix niet opgevolgd en hebben zij in mijn juridische dossier in ieder geval vermeld dat ik genealogisch verbonden ben aan de Franse Hoge Adel; dat ik dit ook wetenschappelijk aan heb weten te tonen en dat ik dus het recht heb om drie Koninklijke Franse Lelies in mijn wapenschild te voeren. Ik denk dat de hierboven genoemde moordaanslag van de politie van Utrecht op mijn leven bedoeld is geweest om mij als verre genealogische verwant van Karel de Grote te liquideren. Per slot van rekening heeft de Nederlandse Koninklijke Familie nooit DNA af willen staan voor genealogisch onderzoek en twijfelen velen - op wetenschappelijke gronden - eraan of de Nederlandse Koninklijke Familie qua bloedverwantschap eigenlijk wel recht heeft op de Nederlandse troon. Dan begrijp ik dat mijn genealogische afkomst natuurlijk een 'doorn in het oog is' van Beatrix en haar zoons en daarom vernietigd moet worden. Vanuit het standpunt van Beatrix en haar zoons begrijp ik dan ook heel goed dat - gezien de twijfel over hun eigen afkomst - het artikel over mijn genealogische familieverwantschap met het Franse Vorstenhuis der Karolingen nooit en te nimmer in het dagblad De Telegraaf had mogen verschijnen. Ik ben Dr. Edwin de Roy van Zuydewijn dan ook heel dankbaar dat hij mij dit in aanwezigheid van Anita Vosmer heeft verteld.
 
Ook vertelde ik Michel hoe de Utrechtse Joodse dierbaren van mijn Utrechtse moeder, de Utrechtse families Knorringa en Sanders door de Utrechtse Politie tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn opgepakt en op de trein zijn gezet naar de Duitse vernietigingskampen Sobibor en Auschwitz, waar zij zijn vergast. Mijn moeder, haar ouders en haar broer en zusters zijn geboren en getogen in Utrecht. SP-Fractievoorzitter Jeanette de Jong van Zeist heeft er in 2002 voor gezorgd dat ik schriftelijk excuses van de Utrechtse politie heb ontvangen voor de wijze waarop de politie van Utrecht met mijn informatieverzoek omtrent deze Joodse families is omgegaan. Daarna heb ik ook inhoudelijk goede en op menselijk gebied bijzonder plezierige contacten onderhouden met Jeanette haar opvolgers Jan Voogd en Pieter Wout Duquesnoy.
 
Ook vertelde ik aan Michel dat mijn collega Fred en ik inmiddels contact gehad met de SP-Tweede Kamerleden Emile Roemer en Ronald van Raak. Daarnaast hebben wij beiden ook contact gehad met de AFVN, waarvan onze lieve familievriendin, de Joodse Auschwitz-overlevende Celine van de Hoek-de Vries in Amsterdam nog politiek nauw heeft samengewerkt met het SP-Tweede Kamerlid Harry van Bommel. Toen mijn moeder in 2009 overleed was onze lieve familievriendin Celine van de Hoek-de Vries met de overige leden van het Bestuur van de AFVN dan ook uiteraard bij haar uitvaartplechtigheid aanwezig. Jan Cleton, de Secretaris van de AFVN heeft namens het Bestuur toen nog een toespraak gehouden, waarin hij de verzetsrol van mijn moeder tijdens de oorlog heeft geprezen. En Harry van Bommel, die destijds in Amsterdam nauw heeft samengewerkt met Celine van de Hoek-de Vries heeft mij na haar overlijden nog een hele meelevende, vriendelijke reactie gemaild. Dit hartelijke gebaar van Harry van Bommel na het overlijden van onze lieve familievriendin heeft mij destijds diep ontroerd en ik denk er dan ook nog steeds met bijzonder veel dankbaarheid aan terug.
 
Ook vertelde ik Michel hoe ik samen met Celine en de AFVN in Amersfoort heb geprotesteerd tegen de komst van Nazi-zanger Johan Heesters, waarvan Adolf Hitler altijd een grote bewonderaar is geweest. Celine en ik hebben toen nog samen het concert bijgewoond dat door Joodse kinderen van Joodse Tweede Wereldoorlogsslachtoffers in de Sint Aegtenkapel in Amersfoort ten gehore is gebracht. Deze Joodse orkestleden hebben toen nog een boek aan mij cadeau geschonken met schilderijen van de Joodse schilder Marc Chagall en dit boek voor mij gesigneerd.
 
Michel en ik hebben het ook nog gehad over de uiterst 'gore, smerige' rol van - met name - de Utrechtse politie, die tijdens de Tweede Wereldoorlog actief aan de Holocaust heeft meegewerkt. Dit zijn dus de voorgangers van de huidige Korpschef van Politie Johan van Renswoude en zijn ondergeschikten. Na al mijn eigen persoonlijke ervaringen met Johan van Renswoude en diens huidige politiekorps vraag ik - zoals ik dit ook tegen Michel heb gezegd - mij werkelijk oprecht in alle ernst af of de Politie van Utrecht eigenlijk ná de Tweede Wereldoorlog ooit wel van neonazistische en/of antisemitische invloeden écht 'gezuiverd' is.
 
Het is ons beiden in ieder geval in de loop der jaren opgevallen dat het heel vaak lijkt of de politie in ons land meer in dienst is genomen om klakkeloos de wil van de machthebbers uit te voeren dan om werkelijk recht aan de slachtoffers en 'de gewone man/vrouw in de straat' te doen. Het Utrechtse SP-Fractielid Michel Eggermont vindt het dan ook van groot belang om het voor de inwoners van zijn stad Utrecht op te komen, wanneer door machtsmisbruik van de overheid - in welke vorm dan ook - in de knel komen. Net zoals SP-Fractievoorzitter Jeanette de Jong dit destijds net als haar opvolgers daarna dit altijd in Zeist hebben gedaan.
Ook heb ik Michel verteld hoe mijn dossier met mijn juridische ervaringen met de Utrechtse politie en justitie dankzij de Tweede Kamerfractie Partij voor de Dieren is toegevoegd aan de Wet Huis Voor Klokkenluiders. En hoe mijn collega, mr. Fred Jan IJspeerd en ikzelf op volstrekt onbezoldigde en volledig vrijwillige basis ons beiden inzetten voor Tweede Wereldoorlogsslachtoffers en hun nabestaanden door bijvoorbeeld in november 2011 input te leveren voor een wetsvoorstel inzake de toekomstige herdenking van de Holocaust dat ik januari 2012 is geaccordeerd door de Tweede Kamer. Ook hebben mijn collega, mr. Fred Jan IJspeerd en ikzelf meegewerkt aan een verzoek van SP Tweede Kamerfractievoorzitter Emile Roemer en SP Tweede Kamerfractielid Ronald van Raak om een petitie te ondertekenen om de laatste Nederlandse oorlogsmisdadiger Klaas Faber van Duitsland uit te leveren aan Nederland. Een landelijk SP-verzoek waaraan mijn collega en ikzelf graag onze medewerking hebben verleend.  

Mijn collega en ik vermoeden dat alle ellende die wij in de afgelopen zes jaar met de Utrechtse politie en justitie hebben meegemaakt in zekere zin wellicht een ‘wraakneming’ vanuit Johan van Renswoude naar ons beiden toe is geweest. Dit blijft uiteraard giswerk, omdat ik natuurlijk niet in de ziel van Johan van Renswoude kan kijken maar mijn collega en ik vermoeden dit omdat wij beiden in het verleden met kracht bij hem hebben geprotesteerd toen een Utrechtse buitenlander – nota bene in zijn rolstoel op weg naar de Heilige Nachtmis ter gelegenheid van Kerstnacht – volledig door de politie in elkaar is geslagen. Mogelijkerwijs heeft Johan van Renswoude en zijn korps ons protest tegen het excessieve politiegeweld naar deze Utrechtse buitenlander in zijn rolstoel toe niet op prijs gesteld. Het kan natuurlijk ook zijn dat Johan van Renswoude moeite heeft met het feit dat de zijn voorganger Pieter Vogelzang via zijn juridische beleidsmedewerker mevrouw Zorka mij schriftelijke excuses heeft aangeboden voor de wijze waarop de toenmalige politie is omgegaan met mijn verzoek om informatie over de in Sobibor en Auschwitz vermoorde dierbaren van mijn moeder, de Utrechtse families Sanders en Knorringa. Wellicht zit hem dit zo enorm last en heeft hij daarom zijn Neonazistische collega, de AIVD-Infiltrant Jan Peter Mante en diens partner, de Politiemedewerker Marco H. van de Wetering daarom naar mij toe zo volledig de vrije hand gegeven.

Ik begrijp nu hoe wijlen Prinses Diana zich moet hebben gevoeld toen zij haar hele verhaal heeft verteld aan de pers, zoals zij dit heeft gedaan in haar wereldberoemd geworden Panorama-interview aan Martin Bashir:
Michel Eggermont was het volkomen met mij eens dat het bijzonder belangrijk is dat ik al mijn ervaringen met de Nederlandse overheid volledig wereldkundig maak. Zodat andere mensen hiermee kunnen worden geholpen en machtsmisbruik, zoals ik dit zélf met de onderhuidse 'machten en krachten' in onze samenleving heb meegemaakt, voor andere mensen in onze samenleving kan worden voorkomen.   
 
Met het Utrechtse SP-Fractielid Michel Eggermont heb ik in ieder geval afgesproken dat ik voort zal blijven gaan met mijn inzet om fascisme en antisemitisme in onze samenleving te voorkomen en te bestrijden. En dat ik door zal blijven gaan om mijn waarschuwingen af te blijven geven tegen fascisme, antisemitisme, racisme en discriminatie in onze samenleving. En mij daarbij door niemand de mond te laten snoeren. Dus ook niet door SS-ers-dochter Beatrix, politie, justitie en uiteraard dus ook niet door hun neonazistische AIVD-medewerkers en hun collega's, die bij de politie werken. Zoals de Zeisterse Neonazi Jan Peter Mante en zijn partner Marco H. van de Wetering.
 
Aan Michel heb ik verteld hoe geweldig veel steun ik heb ondervonden vanuit de Rooms-Katholieke kerk. Hoe ik persoonlijk in het openbaar ben aangemoedigd door de Pauselijke Nuntius André Dupuy, de Ambassadeur van Paus Franciscus in Nederland en hoe o.a. Diaken Coen van Loon van de Sint Joseph Kerk in Zeist met mij is meegegaan naar de politie om mij door zijn aanwezigheid enigszins tegen hun ruwheid en ongemanierdheid te beschermen. Ook een andere mede-Rooms-Katholiek is met mij in zijn monnikspij meegegaan naar de Politie. Want zo zei hij tegen mij: 'Als ik erbij ben, dan weet ik tenminste dat de Politie van Utrecht en Zeist je beleefd zullen behandelen'. Aan deze fantastische, mij inmiddels bijzonder dierbaar geworden Rooms-Katholieke medeparochianen heb ik heel veel te danken en ik ben hen voor alle ondervonden ondersteuning en blijken van sympathie dan ook bijzonder erkentelijk. Ik heb Michel verteld hoe ik dankzij mijn Rooms-Katholieke geloof steeds de kracht heb gehad om alle tegenwerking van mensen en organisaties, zoals Beatrix, politie, justitie en hun Neonazistische medewerkers innerlijk te overleven en te boven te komen. Wat ik altijd zo heerlijk vind van mijn uiterst actieve lidmaatschap (o.a. Misdienaar, Lector, etc.) van de Sint Augustinus Kerk in Utrecht is dat ik via deze kerk met studenten uit alle continenten van de hele wereld mij altijd verbonden weet met onze Christelijke wereldkerk van 2,1 Miljard leden wereldwijd.
 
Aan het einde van ons gesprek heb ik met Michel Eggermont hele goede zakelijke, politieke afspraken voor de toekomst gemaakt, maar hier ga ik mij in het openbaar absoluut niet over uitlaten. Want anders is de 'verrassing' eraf. En ik denk dat dit niet goed is. Noch voor mijzelf, noch voor de mensen die ik wil helpen in onze samenleving, omdat zij in hun dagelijkse leven de nadelige gevolgen ondervinden van neonazisme, antisemitisme, racisme en discriminatie.

Ook kreeg ik van Michel een aantal uiterst waardevolle zakelijke en persoonlijke adviezen mee, die bijzonder nuttig voor mij zijn en die ik in de toekomst dan ook zonder meer bijzonder graag op zal volgen.
 
Wij genoten samen van een aantal koppen koffie en keken na afloop terug op een inhoudelijk bijzonder goed en uiterst plezierig overleg. U krijgt een uitstekende indruk van de sfeer van dit overleg, wanneer u de foto's bekijkt die u onder deze mailing aantreft.
 
Met gevoelens van de meeste hoogachting en met vriendelijke groet,
INFORMATIECENTRUM TWEEDE WERELDOORLOG (IWOII)
 
Anne Louis Cammenga
Directeur
Website: www.iwoii.nl

 
  
 
 
 
Foto's van het Utrechtse SP-Fractielid Michel Eggermont en Anne Louis Cammenga, Directeur van het Informatiecentrum Tweede Wereldoorlog (IWOII) die de tussen hen beiden gemaakte afspraken bezegelen met een welgemeende handdruk.  
 
 
 
 
 
 
Foto's van het Utrechtse SP-Fractielid Michel Eggermont en Anne Louis Cammenga, Directeur van het Informatiecentrum Tweede Wereldoorlog (IWOII) tijdens hun inhoudelijk uitstekend en bijzonder plezierig verlopen overleg dat in totaal drie uur heeft geduurd.
 
 
 
 
 
 
 
Foto's van SP-posters, SP-jassen en andere SP-voorwerpen, zoals het in heel Nederland bekend geworden SP-schuursponsje in de vorm van een tomaat, het SP-logo. 
__________________________________________

 


__________________________________________